Bruins Slot: geen apart noodfonds  voor armlastige gemeenten  

Digitale Nieuwsbrief Lokaal-Limburg 55

De komst van een noodfonds kan volgens minister Bruins Slot de prikkel wegnemen om als gemeente zelf (preventief) maatregelen te treffen. Minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken voelt niets voor het optuigen van een solidariteitsfonds waarop noodlijdende gemeenten een beroep zouden kunnen doen om extreme financiële tegenvallers op te vangen. 
Ze denkt eerder aan een light-variant van het bestaande artikel 12.

Tegenvallers
De Tweede Kamerleden Inge van Dijk (CDA) en Stieneke van der Graaf (CU) hadden de minister bij motie om de oprichting van een apart noodfonds gevraagd waar gemeenten incidenteel bij zouden kunnen aankloppen, bijvoorbeeld in het geval van een grote financiële tegenvaller na een gerechtelijke uitspraak over een langlopend geschil.

Vangnet
Volgens de CDA-minister bestaat er zo’n vangnet al in de vorm van artikel 12: een gemeente die de financiële problemen niet zelf kan oplossen krijgt dan extra geld uit het gemeentefonds. Daaraan is wel een aantal aanzienlijke voorwaarden verbonden, zoals – meestal – een verhoging van de lokale lasten en beperking van de uitgaven. Ook via decentralisatie uitkeringen en specifieke uitkeringen kunnen gemeenten aanvullend geld krijgen, zolang het tenminste gaat om gevallen waarbij gemeenten buiten hun schuld en invloedsfeer extra lasten hebben die ze niet zelf kunnen dragen.

Crisissen
Dat bestaande vangnet werkt volgens Bruins Slot naar behoren, ook ‘in geval van bijvoorbeeld claims, schadevergoedingen, onvoorziene gebeurtenissen en crisissen.’ De minister wil bovendien voorkomen dat prikkels om als gemeente zelf preventieve maatregelen te treffen, om mogelijke toekomstige gebeurtenissen die de financiële positie kunnen verstoren, worden weggenomen. Bij de komst van een nood- of solidariteitsfonds zou dat volgens haar gedeeltelijk het geval kunnen zijn. Daarbij komt dat voor de vulling van zo’n fonds middelen worden gereserveerd uit het gemeentefonds. Die worden dan niet uitgekeerd aan de gemeenten en zijn dus ten laste van de collectiviteit van gemeenten.

Minder zwaar
Een apart noodfonds ziet Bruins Slot dus niet zitten, maar ze wil wel bezien welke andere maatregelen ze kan nemen zodat eerder inzicht wordt gekregen in eventuele financiële problemen bij gemeenten en ook eerder actie kan worden ondernomen. Onder meer zegt de minister dan te denken aan een light-variant van artikel 12. ‘De meeste artikel 12-onderzoeken duren drie jaar of meer en zijn ingrijpend voor een gemeente. Voor sommige incidentele problemen biedt mogelijk een minder zwaar traject ook een oplossing. Voor bepaalde vooraf gespecificeerde problemen zou dan ook een artikel 12-light van maximaal een jaar voldoende zijn’, aldus Bruins Slot. Bij de actualisatie van de huidige artikel 12-handleiding uit 2017 wil ze die optie uitwerken.

Toezicht
Verder zou een verdere doorontwikkeling van monitoring van de financiële situatie van gemeenten, op basis van financiële gegevens en relevante kengetallen, kunnen helpen. Die cijfers leiden tot meer en sneller inzicht, waardoor grotere problemen kunnen worden voorkomen.

Een andere optie is de instelling van een extra vorm van toezicht. Nu zijn er twee mogelijke toezichtregimes: repressief en preventief. Bij preventief toezicht wordt de gehele begroting niet goedgekeurd door de provinciale toezichthouder. Onderzocht wordt of er meer mogelijk is dan alleen afkeuren van de begroting.

(Bron: Binnenlands Bestuur)

Delen: